Verzet tegen strafbeschikking kan gedaan worden door een bij bijzondere volmacht door verdachte schriftelijk gemachtigde, enkel bij verschijning van deze gemachtigde op het parket

Hoge Raad 31 maart 2020, ECLI:NL:HR:2020:551

Op grond van artikel 257 lid 3 Sv kan het doen van verzet (ook) geschieden door een bij bijzondere volmacht door de verdachte schriftelijk gemachtigde. Die aldus schriftelijk gemachtigde dient zelf op het parket te verschijnen en aldaar die volmacht over te leggen. De wet biedt niet de mogelijkheid dat een dergelijke volmacht anders dan in persoon op het parket wordt overgelegd.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Omvang hoger beroep, gedeeltelijke intrekking en gevolgen voor sanctieoplegging

Hoge Raad 24 maart 2020, ECLI:NL:HR:2020:406

Indien bij samenloop van feiten niet tegen het vonnis in zijn geheel maar slechts tegen een of meer van die feiten hoger beroep is ingesteld, zal het hof - in geval van vernietiging ten aanzien van de sanctieoplegging - op de voet van artikel 423 lid 4 Sv voor de niet aan zijn oordeel onderworpen feiten de sanctie moeten ‘bepalen’. Dit betekent dat het hof moet beslissen welk gedeelte van de hoofdstraf en/of bijkomende straf(fen) en/of maatregel(en) geacht moet(en) worden door de eerste rechter te zijn opgelegd ter zake van het feit dat of de feiten die niet aan het oordeel van het hof is/zijn onderworpen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Dient het OM niet-ontvankelijk te worden verklaard, nu rechter voorafgaand aan inhoudelijke behandeling een e-mail heeft gestuurd aan OvJ over inhoud dossier?

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 19 maart 2020, ECLI:NL:GHARL:2020:2527

De raadsman van verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep bepleit dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van verdachte. De raadsman heeft daartoe aangevoerd dat uit het dossier blijkt dat een rechter voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling van de zaak aan een officier van justitie een e-mail heeft gestuurd over de inhoud van het dossier. De hieraan te verbinden consequentie, niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie, stoelt de raadsman op – kortweg – drie aan de jurisprudentie van de Hoge Raad te ontlenen criteria, te weten het Zwolsman-criterium, het Karman-criterium en het criterium dat te ontlenen is aan het arrest van de Hoge Raad van 2 juni 2009 betreffende de (on)partijdigheid van de rechter.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Salduz-problematiek bij ontneming: Herbeoordeling van de vaststellingen in de hoofdzaak vanwege EHRM-uitspraak Van de Kolk/Nederland?

Parket bij de Hoge Raad 17 maart 2020, ECLI:NL:PHR:2020:253

Het middel komt er in de kern op neer dat het hof ten onrechte de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel heeft gebaseerd op verklaringen van (de betrokkene en) medeverdachten die zijn afgelegd met schending van het recht op toegang tot rechtsbijstand.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt overwegingen m.b.t. Promis-werkwijze

Hoge Raad 17 maart 2020, ECLI:NL:HR:2020:440

Het eerste middel klaagt dat het hof in strijd met art. 365a, tweede lid, Sv het verkort arrest niet heeft aangevuld met de gebezigde bewijsmiddelen als bedoeld in art. 359, tweede en derde lid, Sv.

Read More
Print Friendly and PDF ^