Moet voor verdichten van een last ex art. 341 Sr (oud) sprake zijn van een aangegane last van de gefailleerde rechtspersoon zelf?
/Parket bij de Hoge Raad 29 september 2020, ECLI:NL:PHR:2020:854
AG Spronken concludeert in een complexe faillissementsfraudezaak. Het gaat in deze zaak om een faillissementsfraude, waarbij het hof heeft vastgesteld dat de verdachte als bestuurder van de vennootschap A BV (voorheen genaamd B BV) een sterfhuisconstructie heeft opgezet en uitgevoerd. In dat verband heeft hij goederen en geldbedragen ter waarde van in totaal ruim twee miljoen euro aan de boedel van deze later failliet verklaarde vennootschap onttrokken, door deze bedragen ten goede te laten komen aan andere vennootschappen waarvan hij eveneens (middellijk) bestuurder was. Het hof heeft ten laste van de verdachte bewezen verklaard dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het feitelijk leiding geven aan meerdere vormen van bedrieglijke bankbreuk, het doen van een onjuiste belastingaangifte en het tezamen en in vereniging doen opnemen van een valse opgave in een notariƫle akte.
Read More