Eerste EOM-zaak voor Hof van Justitie

De eerste zaak over de uitlegging van Verordening 2017/1939 tot oprichting van het EOM ligt bij het HvJ EU. In een verzoek om een prejudiciële beslissing (zaak C-281/22, GK e.a., ingediend op 25 april 2022) vraagt het Oberlandesgericht Wien in Oostenrijk om opheldering over de omvang van de rechterlijke toetsing als het gaat om grensoverschrijdende onderzoeken binnen de EOM-regeling. In de onderhavige zaak moet de Oostenrijkse rechter uitspraak doen op beroepen van natuurlijke en rechtspersonen die in Oostenrijk aan huiszoekingen zijn onderworpen. Het onderzoek is verricht door de gedelegeerde Europese aanklager in München, de behandelende Europese aanklager, die zijn collega in Oostenrijk om bijstand heeft verzocht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Grensoverschrijdende misdaad. Wanneer moeten opsporing en vervolging de grens over?

Werkelijk elk opsporingsonderzoek naar georganiseerde criminaliteit in ons land heeft op enig moment rechtshulp van het buitenland nodig. Onder meer cybercrime, smokkelcriminaliteit en witwassen vinden bij uitstek plaats door daders die zich eenvoudig over landsgrenzen heen laten gelden. Anders dan bij internationale misdrijven strictu sensu vindt de vervolging van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad uitsluitend plaats binnen de nationale rechtsorde. Het zijn nationale autoriteiten die zijn ­belast met de bestrijding van grensoverschrijdende misdaad, met een mandaat en bevoegdheden ontleend aan het nationaal recht en met de ogen gericht op berechting door een nationale rechter. Het is de vraag hoe effectief de bestrijding van grensoverschrijdende zware criminaliteit is indien deze uitsluitend wordt gedaan vanuit een nationaal perspectief. Het instrumentarium voor internationale samenwerking is weliswaar tot wasdom gekomen, maar de blik van politie en justitie beperkt zich in de regel tot het eigen ambtsgebied. Wel blijken er steeds meer inspanningsverplichtingen vanuit het internationaal publiekrecht voort te vloeien die aanzetten tot hechte samenwerking bij opsporing en vervolging van grensoverschrijdende zaken. Dit artikel verkent de richtsnoeren die nopen tot een meer internationaal georiënteerde strafrechtspleging.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ EU verduidelijkt de strekking van de voorwaarde van dubbele strafbaarheid in het kader van een EAB

HvJ EU 14 juli 2022, C-168/21 (KL)

Dubbele strafbaarheid houdt in dat een gedraging zowel in de uitvaardigende lidstaat van een EAB als in de uitvoerende lidstaat een strafbaar feit oplevert. Perfecte overeenstemming tussen de bestandsdelen van het strafbare feit in beide lidstaten is echter niet vereist. De rechterlijke autoriteiten van de uitvoerende lidstaat hoeven niet na te gaan of de schending van het door het recht van de uitvaardigende lidstaat beschermde rechtsbelang ook naar het recht van de uitvoerende lidstaat een bestandsdeel van het strafbare feit vormt. Dat is het antwoord van het EU-Hof op vragen van een Franse rechter.

Read More
Print Friendly and PDF ^

EP staat op voor "groene aanklager van de EU”

In een resolutie van 23 juni 2022 over illegale houtkap in de EU benadrukken Europarlementariërs onder meer dat de instelling van een "groene aanklager" zou kunnen helpen bij de bestrijding van milieudelicten, zoals illegale houtkap. Dit zou kunnen worden bereikt door het mandaat van het Europees Openbaar Ministerie te verruimen. Overeenkomstig art. 86, lid 4, VWEU zou hiervoor een unaniem besluit van de Europese Raad nodig zijn, na goedkeuring door het Europees Parlement en overleg met de Commissie.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Onvoldoende waarborgen tegen misbruik aftapbevoegdheid

EHRM 23 juni 2022, ECLI:CE:ECHR:2022:0623JUD005835912 (Haščák t. Slowakije)

In de onderhavige zaak heeft het EHRM een schending van artikel 8 EVRM vastgesteld. Het EHRM is kritisch over het ontbreken van waarborgen tegen misbruik van de aftapbevoegdheid en over de onzorgvuldigheid waarmee met de verkregen informatie is omgegaan.

Read More
Print Friendly and PDF ^