Kroniek Straf(proces)recht 2025
/De Kroniek Straf(proces)recht 2025 biedt een breed en systematisch overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen in het Nederlandse strafrecht, gebaseerd op rechtspraak, wetgeving en literatuur. Centraal staat de verdere verfijning van waarborgen in het strafproces en de verduidelijking van materieelrechtelijke leerstukken.
In het formele strafrecht valt met name de jurisprudentie over voorlopige hechtenis op. De Hoge Raad benadrukt dat voortzetting of hervatting daarvan nooit een automatisme mag zijn na veroordeling: ook dan is een concrete belangenafweging vereist. Daarnaast worden grenzen gesteld aan herhaalde schorsingsverzoeken zonder nieuwe feiten. In het Marengo-proces krijgt de voorlopige hechtenis van de kroongetuige bijzondere aandacht, waarbij het hof expliciet onderscheid maakt tussen voorlopige hechtenis en tenuitvoerlegging.
Op het terrein van bijzondere opsporingsbevoegdheden zijn de gevolgen van het Landeck-arrest van het Hof van Justitie zichtbaar. Smartphoneonderzoek zonder rechterlijke toetsing is slechts toegestaan bij een beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer; in andere gevallen is voorafgaande toetsing door de rechter-commissaris vereist. Ook de inzet van werken onder dekmantel en burgerinfiltranten blijft onderwerp van scherpe rechterlijke controle.
Bij processtukken en interne openbaarheid onderstrepen hoven dat de rechter geen kennis mag dragen van relevante informatie die niet ook beschikbaar is voor procespartijen. Dit leidde in Marengo tot verstrekkende processuele gevolgen, waaronder verschoning van een raadsheer.
De getuigenjurisprudentie ontwikkelt zich verder in het post-Keskin-tijdperk. De Hoge Raad verduidelijkt wanneer late getuigenverzoeken mogen worden afgewezen en benadrukt dat het ondervragingsrecht steeds in het licht van artikel 6 EVRM moet worden beoordeeld.
In het materiële strafrecht is een consistente lijn zichtbaar bij opzet, voorbereiding en deelnemingsvormen. Opvallend is de toenemende precisie bij witwaszaken: hoe algemener het witwasvermoeden, hoe zwaarder de onderzoeksplicht van het OM weegt. Verder markeert 2025 de doorwerking van de Wet seksuele misdrijven, waarbij instemming centraal staat.
Tot slot schetst de Kroniek belangrijke ontwikkelingen in het penitentiaire recht, waaronder aangescherpte regimes op EBI en AIT en maatregelen tegen capaciteitsproblemen. De Kroniek bevestigt 2025 als een jaar van verdieping en aanscherping van strafrechtelijke waarborgen.
Lees verder:
Kroniek Straf(proces)recht 2025, Advocatenblad
