Diverse personen veroordeeld tot betalen schadevergoeding voor niet betaalde reizen met NS Businesscards

Rechtbank Den Haag 16 mei 2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:5758

De rechtbank heeft drie vonnissen gewezen waarin diverse personen zijn veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan NS Reizigers. Twee van de gedaagde partijen hadden in de periode van 2012 tot en met 2017 diverse vennootschappen opgericht, waarvan zij bestuurder werden. De vennootschappen stonden steeds maar een korte periode in het handelsregister ingeschreven. Zij sloten contracten af met NS Reizigers voor het gebruik van NS Business Cards.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Geen schademaatregel nu benadeelde partij (tankstation) geacht wordt in staat te zijn de schade zelf te incasseren

Gerechtshof Amsterdam 26 april 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:1446

De verdachte heeft zich meermalen schuldig gemaakt aan diefstal van benzine. De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 55,15. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Afwijzing vordering benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel vanwege het ontbreken van een causaal verband tussen de gewoonteheling en de door de benadeelde partijen geleden schade

Gerechtshof Amsterdam 23 maart 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:1012

De vorderingen van de benadeelde partijen worden van de zijde van de Verdachte betwist. Daartoe is door de verdediging, kort gezegd, aangevoerd dat voor toewijzing is vereist dat sprake is van een causaal verband tussen de geleden schade en de door de Verdachte gepleegde gewoonteheling. De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat bij een veroordeling ter zake van gewoonteheling er sprake is van een te ver verwijderd verband tussen het bewezenverklaarde strafbare feit en de door de benadeelde partijen – slachtoffers van diefstal – geleden schade. Voorts wordt de omvang van de geleden schade betwist.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Conclusie AG: Kosten aanwezigheid rechtszaak betreffen proceskosten en kunnen niet in aanmerking worden genomen bij de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel

Parket Hoge Raad 3 april 2018, ECLI:NL:PHR:2018:290

Het hof heeft aldus de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding doch aan de Verdachte als schadevergoedingsmaatregel de verplichting opgelegd aan de Staat een bedrag van €4.952,10 als vergoeding voor materiële schade te betalen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 59 dagen hechtenis. Blijkens het voegingsformulier benadeelde partij dat zich bij de stukken bevindt bestaat voornoemd bedrag uit een bedrag van €1.277,50 als vergoeding voor "Kabels en tracer", uit een bedrag van €2.450 als vergoeding voor "Herstellen kabeldiefstal" en uit een bedrag van €1.224,60 als vergoeding voor "Overige kosten"

Read More
Print Friendly and PDF ^

Kennisneming processtukken door benadeelde partij: bestaat recht op kennisneming / afschrift als de OvJ heeft besloten (nog) niet tot vervolging over te gaan

Parket bij de Hoge Raad 6 maart 2018, ECLI:NL:PHR:2018:179

De onderhavige vordering betreft de betekenis van art. 51b Sv in zoverre (nog) geen vervolging wordt ingesteld. In de rechtspraak is ook aan de orde gekomen of het slachtoffer aan art. 51b Sv recht op stukken kan ontlenen betreffende de executiefase van een veroordeelde. De beantwoording van deze vraag werpt een licht op de interpretatie van het begrip processtukken en het daarmee verbonden gevolg voor de toepasselijke procedure met het oog op kennisneming door slachtoffers.

Read More
Print Friendly and PDF ^