Cassatie in het belang der wet over de procedure na een niet (naar behoren) verrichte taakstraf

Hoge Raad 8 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:455

In cassatie is aangevoerd dat de politierechter ten onrechte heeft geoordeeld dat de veroordeelde geen belang heeft bij het bezwaar, omdat niet uit de stukken blijkt dat een rechtsgeldige beslissing tot omzetting van de taakstraf is genomen door een officier van justitie binnen de wettelijke termijn. Voorts wordt geklaagd dat die beslissing enkel uit een processtuk moet blijken dat door een bevoegde autoriteit is ondertekend en gedagtekend.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR over vereiste (voorwaardelijk) opzet van medeplichtige

Hoge Raad 8 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:516

De Hoge Raad stelt voorop dat bij medeplichtigheid moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook indien de medeplichtige slechts opzettelijk heeft bijgedragen aan een deel daarvan. Wel moet er een voldoende verband bestaan tussen het misdrijf waarop het opzet van de medeplichtige was gericht (in dit geval de diefstal) en het gronddelict (diefstal met geweld en dodelijk gevolg). Dat verband kan onder meer blijken uit de aard van het gronddelict, de gedraging van de medeplichtige en de omstandigheden van het geval.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Wat is nodig voor een politieagent om computervredebreuk te plegen?

Hoge Raad 1 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:501

Het hof mocht oordelen dat de verdachte is binnengedrongen in servers van de politie. De Hoge Raad bevestigt dat dit kwalificeert als binnendringen in een geautomatiseerd werk in de zin van artikel 80sexies (oud) Sr. Het inloggen met dienstaccount op politiewerkomgeving impliceert toegang tot onderliggende servers. Dat het hof geen specifieke server noemt, maakt het oordeel niet onbegrijpelijk.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Jaarverslag 2024 Hoge Raad: beperkte slagingskans en toenemende instroom

Op 8 april is het jaarverslag over 2024 van de Hoge Raad gepubliceerd. De strafkamer van de Hoge Raad heeft in 2024 ruim 3.200 uitspraken gedaan. In 2.398 van die gevallen is het beroep in cassatie niet ontvankelijk verklaard. De meest voorkomende gronden daarvoor zijn dat geen bezwaren tegen de bestreden uitspraak zijn aangevoerd (1.421) of dat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden (980). Van de 1.814 zaken waarin cassatiemiddelen zijn ingediend, leidden er 375 (21%) tot vernietiging. In ongeveer de helft van de zaken waarin er is vernietigd was dat uitsluitend vanwege een overschrijding van de redelijke termijn. Van de negentien herzieningsverzoeken zijn er zes gegrond verklaard.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Is een strafrechtelijk beroepsverbod op algemeen ondernemerschap mogelijk?

Hoge Raad 25 maart 2025, ECLI:NL:HR:2025:450

De Hoge Raad stelt voorop dat ontzetting uit een beroep op grond van artikel 28 lid 1 sub 5 Sr slechts mogelijk is in gevallen waarin het strafbare feit is gepleegd in de uitoefening van dat beroep én het beroep voldoende specifiek is omschreven. De uitspraak van het hof miskent dit uitgangspunt door te spreken van een verbod op “ondernemerschap, in of buiten rechtspersoonlijkheid” zonder nadere specificatie. Dergelijk ondernemerschap is volgens de Hoge Raad te onbepaald om als beroep in de zin van artikel 28 Sr te kwalificeren.

Read More
Print Friendly and PDF ^