Wanneer kunnen voorwerpen worden aangemerkt als afkomstig uit valsheid in geschrift of niet-ambtelijke omkoping?
/Hoge Raad 6 juli 2021, ECLI:NL:HR:2021:1033
De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen met betrekking tot de vraag wanneer voorwerpen afkomstig zijn uit enig misdrijf als bedoeld in art. 420bis en 420ter Sr. Het hof heeft vastgesteld dat verdachte afspraken heeft gemaakt met medeverdachte over vergoedingen voor ‘bewezen diensten’. Verdachte heeft t.b.v. betalingen facturen opgesteld en verstuurd naar bedrijf A. Op facturen staat als omschrijving ‘interim management’. Hof heeft vastgesteld dat deze omschrijvingen vals zijn, omdat verdachte nooit (interim management) werkzaamheden heeft verricht en dat bedoeling van deze omschrijvingen was om herkomst van de geldbedragen te verhullen. Verdachte heeft deze geldbedragen vervolgens gebruikt voor aankoop en verkoop van onroerend goed. Hof heeft geoordeeld dat de geldbedragen zijn verkregen door de valsheid in geschrift en “door de handelwijze van verdachte t.a.v. B en C”, die hof beschouwt als een vorm van niet-ambtelijke omkoping.
Read More