De Mos-zaak: vrijspraken voor omkoping, veroordeling voor schending geheimhoudingsplicht

Twee Haagse wethouders, waaronder Richard de Mos, en vijf ondernemers zijn ook in hoger beroep vrijgesproken van omkoping. Dat heeft het gerechtshof Den Haag beslist. Het Haagse hof heeft wel geoordeeld dat de wethouders hun geheimhoudingsplicht hebben geschonden. Het Haagse hof oordeelt dat ook donaties aan een politieke partij giften kunnen zijn in de zin van de omkopingsbepalingen. Bij beide wethouders kan niet worden bewezen dat zij wisten of redelijkerwijs konden vermoeden dat er een verband is tussen de giften en een door de gevers beoogde tegenprestatie van de wethouders.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Strafbaarstelling van Wet natuurbescherming naar nieuwe Omgevingswet: Geen gewijzigd inzicht wetgever

Gerechtshof Amsterdam 24 mei 2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:1470

Deze zaak draait om de invoer van karko- en leguanenvlees. Ten tijde van het plegen van dit delict was dit strafbaar op grond van artikel 3.37, lid 1 van de Wet natuurbescherming jo 3.14 van de Regeling natuurbescherming jo artikel 4 van de Basisverordening EG nr. 338/97, artikel 1a, 2 en 6 WED. Sinds 1 januari 2024 is dit opgenomen in de nieuwe Omgevingswet en strafbaar op grond van artikel 4.3, tweede lid, aanhef en onder a Omgevingswet en artikel 11.93 van het Besluit activiteiten leefomgeving, jo artikel 1a, 2 en 6 van de WED. De Omgevingswet bevat voor zover hier van belang geen overgangsrecht. Nu de Omgevingswet dezelfde gedragingen strafbaar stelt als de Natuurbeschermingswet en ook de daarmee corresponderende strafbedreiging niet gewijzigd is in gunstiger zin voor de verdachte, dient het tenlastegelegde te worden beoordeeld aan de hand van het ten tijde van het delict geldende recht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR: ‘veroordeeld wegens misdrijf’ uit de Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers van het land Curaçao omvat ook een schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel

Hoge Raad 21 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:917

Omvat de term ‘veroordeeld wegens misdrijf’ in de Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers van het land Curaçao (hierna: Lvim) ook een schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel (een zogenoemd rechterlijk pardon)? De Hoge Raad beantwoordt deze vraag bevestigend in een uitspraak van vandaag naar aanleiding van een vordering tot cassatie in het belang der wet.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Btw-carrouselfraude: Veroordeling voor betrokkenheid bij valsheid in geschrift, belastingfraude, deelneming aan een criminele organisatie en (gewoonte)witwassen

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 6 juni 2024, ECLI:NL:GHARL:2024:3842

Bewezen is verklaard dat Verdachte feitelijke leiding heeft gegeven aan het valselijk opmaken van de bedrijfsadministratie van naam Bedrijf en het opzettelijk onjuist doen van de aangiften omzetbelasting van naam Bedrijf in de periode van december 2011 tot en met december 2013. Daarnaast is bewezen verklaard dat Verdachte feitelijke leiding heeft gegeven aan het opzettelijk onjuist doen van de aangiften omzetbelasting van naam Bedrijf in de periode van het derde kwartaal van 2012 tot en met het tweede kwartaal van 2013. De goede werking van het systeem voor de heffing van omzetbelasting staat of valt bij de betrouwbaarheid, juistheid en volledigheid van de aangiften. Door opzettelijk onjuist aangiften te doen heeft Verdachte bijgedragen aan de ondergraving van het systeem van de heffing van omzetbelasting. Daarnaast heeft Verdachte zich schuldig gemaakt aan het witwassen van gelden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Geen schending van ne bis in idem ondanks eerder bewijssepot vanwege gerezen nieuwe bezwaren

Rechtbank Oost-Brabant 31 mei 2024, ECLI:NL:RBOBR:2024:2311

De rechtbank kan op basis van de brief van het Finse Openbaar Ministerie in het onderhavige geval niet vaststellen dat sprake is geweest van een zogenaamd bewijssepot. Echter uit de aard en inhoud van de brief lijkt het daar wel op. Ervan uitgaande dat sprake is geweest van een bewijssepot dan kan ingevolge artikel 255 van het Wetboek van Strafvordering alsnog een vervolging voor hetzelfde feit plaatsvinden als er nieuwe bezwaren bekend zijn geworden. In het onderhavige geval is hiervan sprake. Er heeft immers onder leiding van het Nederlandse Openbaar Ministerie een nader onderzoek plaatsgevonden waaruit feiten en omstandigheden naar voren zijn gekomen die nog niet eerder zijn onderzocht.

Read More
Print Friendly and PDF ^