Ontneming: toepassing geven aan art. 36e Sr (nieuw) als feiten zijn gepleegd vóór wetswijziging?

Hoge Raad 4 juni 2019, ECLI:NL:HR:2019:841

Het middel klaagt dat het Hof ten onrechte, althans ontoereikend gemotiveerd toepassing heeft gegeven aan art. 36e Sr zoals deze bepaling luidt sinds de wetswijziging van 1 juli 2011, terwijl de strafbare feiten waaruit het voordeel zou zijn verkregen dateren van voor deze wetswijziging.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR: uittreksel justitiële documentatie is een schriftelijk bescheid a.b.i. art. 339 Sv

Hoge Raad 21 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:721

In de bestreden uitspraak ligt als oordeel van het Hof besloten dat het uittreksel justitiële documentatie een schriftelijk bescheid als bedoeld in art. 339, eerste lid aanhef en onder 5°, Sv betreft. Dat oordeel getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR wijst overzichtsarrest vordering benadeelde partij

Hoge Raad 28 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:793

Op 28 mei jl. heeft de Hoge Raad haar langverwachte overzichtsarrest over de vordering benadeelde partij gewezen. De Hoge Raad zag aanleiding om aan de hand van zijn eerdere rechtspraak ten behoeve van de rechtspraktijk enige aandachtspunten te bespreken die bij de beoordeling van de vordering van de benadeelde partij een rol kunnen spelen. Daarvoor bestaat temeer aanleiding nu met ingang van 1 januari 2019 de wet is uitgebreid met de mogelijkheid van verhaal van zogenoemde verplaatste schade binnen het strafproces alsmede met de mogelijkheid van vergoeding van zogenoemde affectieschade.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt: betrouwbaarheid bekennende verklaring van verdachte & UOS

Hoge Raad 21 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:780

Het middel klaagt dat het Hof is afgeweken van een door de verdediging naar voren gebracht uitdrukkelijk onderbouwd standpunt met betrekking tot de betrouwbaarheid van de voor het bewijs gebezigde bekennende verklaringen van de verdachte, zonder daarvoor een toereikende motivering te geven.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Winsten uit pokerspellen: voorwerpen afkomstig uit misdrijf of overtreding?

Hoge Raad 21 mei 2019, ECLI:NL:HR:2019:774

Het eerste middel bevat de klacht dat het oordeel van het hof dat de geldbedragen die de verdachte heeft gewonnen met illegale pokerspellen afkomstig zijn uit enig misdrijf onjuist, althans onbegrijpelijk is, omdat uit de bewijsvoering van het hof niet kan worden afgeleid dat de overtreding van art. 1, eerste lid, onder a, Wet op de kansspelen opzettelijk is geschied en evenmin dat de pokerspellen bedrijfsmatig werden aangeboden in voor het publiek opengestelde gelegenheden.

Read More
Print Friendly and PDF ^