'Schaamteloos misbruik van publieke middelen' door stichtingsbestuurder bestraft

Rechtbank Overijssel 25 augustus 2025, ECLI:NL:RBOVE:2025:5276

Een voormalig bestuurder van een zorgstichting is door de rechtbank Overijssel veroordeeld tot 24 maanden gevangenisstraf wegens fraude. Hij onttrekt ruim 450.000 aan de boedel vóór het faillissement, houdt administratie achter en gebruikt valse facturen. Ook gebruikt hij subsidie uit de NOW-regeling en zorgbonus voor privédoeleinden. De rechtbank rekent hem het misbruik van publieke middelen zwaar aan. De valse documenten worden onttrokken aan het verkeer.

Context van de zaak

In deze strafzaak staat een natuurlijk persoon terecht die optreedt als bestuurder van een zorgstichting. De verdachte, geboren in 1981, bekleedt sinds november 2018 de functie van voorzitter van het bestuur van de betreffende stichting. De stichting is actief in de thuiszorg en ontvangt grotendeels inkomsten uit gedeclareerde zorg bij een zorgkantoor. In 2021 komt de stichting in financieel zwaar weer terecht, wat uiteindelijk leidt tot faillissement. De strafbare feiten die de verdachte worden verweten vinden plaats in de periode voorafgaand aan en tijdens het faillissement. De verdachte verschijnt niet op zitting; het betreft een verstekvonnis.

De tenlastelegging

De verdachte wordt vier strafbare feiten verweten:

  1. Het onttrekken van geld aan de boedel van de stichting voorafgaand aan het faillissement, wetende dat hierdoor schuldeisers worden benadeeld.

  2. Het niet volledig overdragen van de administratie aan de curator en het niet naleven van administratieve verplichtingen.

  3. Het wederrechtelijk aanwenden van subsidiebedragen verkregen uit de NOW-regeling en de zorgbonus voor andere doeleinden dan waarvoor deze bestemd zijn.

  4. Het feitelijk leiding geven aan het opzettelijk gebruik van valse facturen in de administratie van de stichting.

Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie acht alle feiten wettig en overtuigend bewezen, met uitzondering van het medeplegen van feit 1 en het vals opmaken van de facturen onder feit 4. Gevorderd wordt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden. Daarbij wordt zwaar getild aan het grootschalig misbruik van publieke middelen in de zorgsector en de ernstige benadeling van schuldeisers.

Standpunt van de verdediging

De verdachte is niet ter terechtzitting verschenen en heeft zich evenmin schriftelijk verweerd. Er zijn tijdens het vooronderzoek wel verklaringen van de verdachte afgelegd, waarin hij stelt alle administratie te hebben overgedragen en de gelden rechtmatig te hebben gebruikt. Deze verklaringen worden echter door de bewijsmiddelen weerlegd.

Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank acht alle vier de ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen, behoudens enkele onderdelen waarvoor vrijspraak volgt.

Ten aanzien van feit 1 stelt de rechtbank vast dat de verdachte op grote schaal geldbedragen zonder geldige titel aan de boedel van de stichting heeft onttrokken. Hij maakt onder meer 86.099,25 over naar zijn privérekening, neemt 307.570 contant op en besteedt 58.854,45 aan elektronica, meubels en bouwmaterialen. De stichting raakt door wanbeleid in financiële problemen en moet uiteindelijk 863.695,80 terugbetalen aan het zorgkantoor. De totale schuldpositie bedraagt 1.335.417,47. De verdachte weet, gelet op zijn werkervaring in de zorgsector, dat een faillissement onafwendbaar is en handelt desondanks bewust in strijd met de belangen van schuldeisers.

Met betrekking tot feit 2 overweegt de rechtbank dat de verdachte bewust geen volledige administratie heeft overgedragen aan de curator. Zo worden loonstroken en correspondentie over de loonadministratie pas na tussenkomst van derden verkregen. Voor het tenlastegelegde nalaten voorafgaand aan het faillissement wordt de verdachte vrijgesproken wegens een discrepantie in de tenlastegelegde periode.

Feit 3 betreft subsidiefraude. De verdachte ontvangt 72.228 uit de NOW-regeling terwijl geen personeel meer in dienst is en 21.600 aan zorgbonussen bestemd voor werknemers. Geen van deze bedragen wordt aangewend voor loonkosten of aan personeel uitgekeerd, maar verdwijnen in privégebruik. De rechtbank acht dit wederrechtelijk en opzettelijk handelen bewezen.

Onder feit 4 acht de rechtbank bewezen dat de verdachte feitelijk leiding geeft aan het gebruik van 18 valse facturen die werkzaamheden vermelden die niet hebben plaatsgevonden. Deze facturen worden opgenomen in de administratie en aan de curator overhandigd. Daarmee wordt getracht contante geldopnames te rechtvaardigen. De verdachte was als enige verantwoordelijk voor de financiële administratie en beschikt als enige over toegang tot de bankrekening. De valse facturen kunnen in redelijkheid aan de stichting worden toegerekend. Vrijspraak volgt voor het vervalsen zelf, en voor een drietal foutief genummerde facturen.

De bewezenverklaring

De rechtbank verklaart bewezen dat de verdachte:

  • Als bestuurder van de stichting voor het faillissement opzettelijk 452.523,70 aan de boedel heeft onttrokken;

  • Tijdens het faillissement bewust niet terstond de volledige administratie aan de curator verstrekt;

  • Subsidiegelden van in totaal 93.828 (zorgbonus en NOW) wederrechtelijk heeft aangewend;

  • Feitelijke leiding heeft gegeven aan het gebruik van 18 valse facturen.

De strafoplegging

De rechtbank acht de verdachte volledig toerekeningsvatbaar en strafbaar voor het bewezen verklaarde. Gelet op de ernst van de feiten, het benadelingsbedrag van 546.351,70 en het grove misbruik van publiek geld, acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden passend en geboden.

Bij het bepalen van de straf weegt mee dat het om een bestuurder gaat van een zorgstichting, die misbruik maakt van gemeenschapsgelden bestemd voor kwetsbare doelgroepen. Tevens wordt meegewogen dat de verdachte valse stukken gebruikt om zijn frauduleuze handelen te maskeren. Zijn handelen brengt schade toe aan het vertrouwen in gesubsidieerde zorginstellingen en de integriteit van het faillissementsproces. Een lichtere straf zou geen recht doen aan de ernst van het gepleegde.

De valse facturen worden onttrokken aan het verkeer. De overige administratie wordt teruggegeven aan de verdachte.

Lees hier de volledige uitspraak.

Print Friendly and PDF ^