Cryptofraudeur misleidt tientallen investeerders

Rechtbank Rotterdam 25 april 2025, ECLI:NL:RBROT:2025:5028

De rechtbank Rotterdam veroordeelt een man tot 600 dagen cel (waarvan 241 voorwaardelijk) en 240 uur taakstraf voor grootschalige oplichting en witwassen. Hij misleidt tientallen mensen met nepverhalen over een cryptohandelsalgoritme. Slachtoffers beleggen meer dan 1,3 miljoen euro, dat hij gebruikt voor privé-uitgaven en gokken. 64 benadeelden krijgen samen ruim 1,1 miljoen euro schadevergoeding toegewezen. De man moet ook telefoons en een computer afstaan.

Context van de zaak

De zaak betreft een grootschalige oplichtingspraktijk rondom beleggingen in cryptovaluta. De verdachte, geboren in 1984 en woonachtig te woonplaats, treedt naar buiten als een deskundige handelaar in digitale valuta. Hij belooft hoge rendementen door te beleggen met een door hem ontwikkeld geautomatiseerd handelssysteem, een zogenoemde trading bot. De verdachte opereert onder de namen CryptoRocket en Monityx en weet een netwerk van investeerders op te bouwen. Deze slachtoffers, in totaal 64 personen, storten gezamenlijk meer dan 1,3 miljoen euro op rekeningen van de verdachte of daarmee verbonden entiteiten. In plaats van te beleggen, gebruikt de verdachte de inleggelden voor privé-uitgaven, het betalen van vaste lasten en intensieve deelname aan online kansspelen. De schade voor de slachtoffers is enorm, met verstrekkende financiële gevolgen. De rechtbank behandelt de zaak in meervoudige kamer.

Tenlastelegging

De verdachte wordt verweten dat hij zich schuldig maakt aan:

  • Meermalen gepleegde oplichting (feiten 1 en 3), door investeerders middels valse voorstellingen van zaken te bewegen tot het overmaken van geld en cryptovaluta.

  • Gewoontewitwassen van de door oplichting verkregen gelden en cryptovaluta (feiten 2 en 4).

  • Het witwassen van voertuigen (feit 5), waarvan later vrijspraak volgt.

Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie vordert:

  • Vrijspraak voor feit 5.

  • Bewezenverklaring van de feiten 1, 2, 3 en 4.

  • Oplegging van een gevangenisstraf van dertig maanden, met aftrek van het voorarrest.

Volgens het Openbaar Ministerie heeft de verdachte bewust en structureel tientallen slachtoffers opgelicht en het vertrouwen dat zij in hem stelden ernstig geschaad.

Standpunt van de verdediging

De verdediging voert primair aan dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. Volgens de raadsman was het de bedoeling van de verdachte om met het ingelegde geld daadwerkelijk rendement te behalen via de door hem ontwikkelde trading bot. Dat het administratief rommelig verliep, wordt erkend, maar er zou geen sprake zijn van opzet tot oplichting of wederrechtelijke bevoordeling.

Subsidiair voert de verdediging aan dat voor een aantal slachtoffers niet bewezen kan worden dat zij door de verdachte zelf zijn bewogen tot betaling. Ook wordt betoogd dat sommige investeringen zijn verricht via derden en dat de verdachte daarop geen directe invloed had.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank verwerpt de verweren van de verdediging. Uit het dossier blijkt dat de verdachte de slachtoffers systematisch heeft voorgespiegeld dat hun inleg werd gebruikt om te handelen in valuta via een geavanceerde trading bot, terwijl in werkelijkheid het geld direct werd aangewend voor persoonlijke uitgaven en gokken. De verdachte maakt gebruik van nepschermen en demo-accounts om positieve resultaten te tonen, hetgeen de rechtbank kwalificeert als een samenweefsel van verdichtsels.

De rechtbank acht het alternatieve scenario van de verdediging ongeloofwaardig. De verdachte heeft geen administratie kunnen overleggen die zijn verhaal ondersteunt, en bovendien heeft hij bij de politie geen inzicht willen geven in de geldstromen. Ook investeerders die via-via geld hebben ingelegd, worden geacht door de frauduleuze handelingen van de verdachte te zijn bewogen tot afgifte.

Voor feit 5, het witwassen van voertuigen, volgt vrijspraak wegens onvoldoende bewijs. Ten aanzien van feit 3 wordt de verdachte partieel vrijgesproken voor zover het gaat om de aanschaf van een brokerslicentie, omdat onvoldoende bewezen kan worden dat sprake was van oplichting op dat punt.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht bewezen dat de verdachte:

  • In de periode van 29 april 2021 tot en met 11 september 2023 tientallen personen heeft opgelicht.

  • Gewoonte heeft gemaakt van witwassen van de door fraude verkregen gelden en cryptovaluta.

De verdachte doet dit onder meer door het gebruik van valse identiteiten, nepschermen, fictieve rendementen en onjuiste toezeggingen over de beschikbaarheid van de inleggelden.

Strafoplegging

De verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 600 dagen, waarvan 241 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. Voorts wordt een taakstraf opgelegd van 240 uur.

De rechtbank overweegt dat de verdachte op grove wijze het vertrouwen van tientallen personen heeft geschonden en hun financiële situatie ernstig heeft benadeeld. De omvang en duur van de fraude, het hoge schadebedrag en het gebruik van valse handelsplatforms wegen zwaar in de strafmaat. De rechtbank houdt rekening met het blanco strafblad van de verdachte en past daarom gedeeltelijk een voorwaardelijke straf toe.

Vorderingen benadeelde partijen

Maar liefst 64 benadeelde partijen voegen zich in de strafzaak. De rechtbank wijst een totaalbedrag van 1.114.637,96 euro toe. De toegewezen bedragen zijn onder meer gebaseerd op bankafschriften, betalingsbewijzen en aangiften. De verdachte wordt veroordeeld om deze bedragen te voldoen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de data van betaling door de slachtoffers.

Voor een aantal vorderingen volgt niet-ontvankelijkverklaring of gedeeltelijke toewijzing, met verwijzing naar de burgerlijke rechter voor verdere afwikkeling. De rechtbank legt tevens de schadevergoedingsmaatregel op, met toepassing van gijzeling bij niet-betaling tot maximaal 329 dagen.

Lees hier de volledige uitspraak.

Print Friendly and PDF ^