In strafverzwarende zin kan acht geslagen worden op niet aan verdachte ten laste gelegde veroordelingen voor onder meer soortgelijke feiten: met veroordeling wordt gelijkgesteld strafbeschikking

Hoge Raad 27 februari 2024, ECLI:NL:HR:2024:260

De verdachte is veroordeeld voor feitelijke leidinggeven aan bedrieglijke bankbreuk begaan door een rechtspersoon. In de strafmotivering komt tot uitdrukking dat hof in het nadeel van verdachte gewicht heeft toegekend aan de omstandigheid dat hij eerder is veroordeeld voor “soortgelijke feiten”. Uit de inhoud van het Uittreksel Justitiële Documentatie blijkt dat verdachte op het moment waarop het hof arrest wees, onherroepelijk was veroordeeld voor daar vermelde feiten, waaronder twee vermogensdelicten. De rechter mag bij de strafoplegging rekening houden met een niet ten laste gelegd feiten, onder meer wanneer verdachte voor dit feit onherroepelijk is veroordeeld en dit feit wordt vermeld ter nadere uitwerking van persoonlijke omstandigheden van verdachte. Daarbij wordt met een onherroepelijke veroordeling gelijkgesteld een onherroepelijke strafbeschikking. De opvatting dat veroordelingen die meer dan vijf jaren voor het begaan van het bewezenverklaarde feit onherroepelijk zijn geworden, niet in strafverzwarende zin in strafoplegging mogen worden betrokken, vindt geen steun in het recht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Valselijk opmaken van geschriften en verduistering in dienstbetrekking worden beschouwd als voortgezette handeling

Rechtbank Midden-Nederland 5 februari 2024, ECLI:NL:RBMNE:2024:542

Verdachte heeft zich over een periode van meer dan zeven jaar schuldig gemaakt aan verduistering in dienstbetrekking van in totaal €373.184,59. Om die verduistering mogelijk te maken heeft hij een groot aantal betalingsopdrachten en één factuur valselijk opgemaakt. De rechtbank is van oordeel dat sprake is van een zodanig verband tussen het valselijk opmaken van de geschriften (meerdere betaalopdrachten en één factuur) en de verduistering van (een deel van) het totale geldbedrag van €373.184,59, dat beide feiten moeten worden beschouwd als een voortgezette handeling.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Vrijspraak voor verduistering: geld is door lening aan de verdachte gaan toebehoren

Rechtbank Noord-Holland 1 februari 2024, ECLI:NL:RBNHO:2024:1249

De verdachte wordt vrijgesproken van verduistering nu het geldbedrag in kwestie door een lening aan de verdachte is gaan toebehoren. Er volgt wel een bewezenverklaring voor diefstal en dwang met een feitelijkheid. De verdachte heeft dusdanige psychische druk op het slachtoffer uitgeoefend dat hij hieraan geen weerstand kon bieden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Beroepsverboden voor onjuiste urendeclaraties door bankmedewerkers

Twee voormalige bankmedewerkers hebben een beroepsverbod van achttien en vijftien maanden gekregen omdat zij onjuiste urendeclaraties indienden. Zij handelden hiermee in strijd met de bankierseed. De twee medewerkers werkten via een uitzendbureau bij een bank en declareerden extra ploegentoeslagen. Daarmee benadeelden zij de bank voor respectievelijk 13 duizend en 27 duizend euro. De Tuchtcommissie Banken noemt hun optreden “slinks”. Zij mogen vijftien en achttien maanden niet in de bancaire sector werkzaam zijn. 

Read More
Print Friendly and PDF ^

Veroordeling rechtspersoon voor het overtreden van de Wet Milieubeheer door overbrengen kabeldelen van Nederland naar Zuid-Afrika zonder toestemming of schriftelijke kennisgeving

Rechtbank Rotterdam 31 januari 2024, ECLI:NL:RBROT:2024:754

De Verdachte rechtspersoon heeft 5 zeecontainers met daarin kabeldelen willen overbrengen naar Zuid-Afrika, terwijl die overbrenging niet gepaard ging met de ingevolge de bepalingen van de EVOA vereiste informatie. De geschonden bepalingen in de EVOA beogen internationale transporten van afvalstoffen te controleren en te reguleren teneinde ongewenste gevolgen dan wel risico’s voor het milieu te vermijden. Het doel van de EVOA is te voorkomen dat verontreinigde partijen afval ongecontroleerd de grens passeren, waardoor de bevoegde autoriteiten zich niet goed op de hoogte kunnen stellen en niet alle nodige maatregelen kunnen treffen ter bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu. Het is zeer goed mogelijk dat de intenties van de Verdachte rechtspersoon en haar aanpak van de verwerking van de kabels inhoudelijk in overeenstemming waren met de algemene uitgangspunten van de EVOA. Het verwijt dat de Verdachte rechtspersoon wordt gemaakt is echter van andere aard.

Read More
Print Friendly and PDF ^