HR over gevallen dat middel klaagt over toewijzing vordering BP maar niet expliciet over oplegging schadevergoedingsmaatregel voor hetzelfde bedrag

Hoge Raad 18 juni 2019, ECLI:NL:HR:2019:901

De Hoge Raad stelt het volgende voorop over de beoordeling van een middel dat klaagt over de toewijzing van de vordering tot schadevergoeding van een benadeelde partij, terwijl het middel niet expliciet klaagt over de schadevergoedingsmaatregel die voor hetzelfde schadebedrag is opgelegd.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Oplichting en verduistering: voorwaardelijke gevangenisstraf nu verdachte heeft bekend en op eigen initiatief slachtoffers schadeloos stelt

Rechtbank Noord-Nederland 6 juni 2019, ECLI:NL:RBNNE:2019:2488

Verdachte heeft zich op grote schaal en gedurende een periode van ruim anderhalf jaar schuldig gemaakt aan diverse oplichtingspraktijken. Hij heeft onder meer actief contact gezocht met meerdere van zijn slachtoffers en heeft de gelegenheid gecreëerd om zichzelf te bevoordelen ten koste van anderen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Conclusie AG in zaak veroordeelde executeur testamentair: toewijzing vordering tot schadevergoeding van gemeenschap van erfgenamen aan één van de deelgenoten in de nalatenschap

Parket bij de Hoge Raad 14 mei 2019, ECLI:NL:PHR:2019:465

Het vierde middel komt met een rechts- en een motiveringsklacht op tegen de beslissing tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij en tegen de oplegging aan de verdachte van de schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in art. 36f Sr. Geklaagd wordt dat de beslissingen om aan de benadeelde partij benadeelde 1 de vordering tot schadevergoeding gedeeltelijk toe te wijzen en ten behoeve van dit slachtoffer benadeelde 1 de schadevergoedingsmaatregel op te leggen, zijn gebaseerd op de omvang van de schade die niet deze (individuele) benadeelde partij benadeelde 1 alleen heeft geleden, maar die de erven gezamenlijk hebben geleden.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Samenloop van de vordering van de benadeelde partij met een civiele procedure

Parket bij de Hoge Raad 21 mei 2019, ECLI:NL:PHR:2019:476

De opvatting dat de strafrechter de benadeelde partij niet-ontvankelijk moet verklaren in haar vordering, indien over die vordering door de civiele rechter reeds is beslist of indien die vordering bij de civiele rechter nog aanhangig is, vindt geen steun in het recht.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Conclusie AG met beschouwingen over rechtstreekse schade

Parket bij de Hoge Raad 21 mei 2019, ECLI:NL:PHR:2019:526

De schade is rechtstreeks indien er voldoende verband of samenhang bestaat tussen enerzijds het bewezenverklaarde feit en anderzijds die schade. Voor de beantwoording van de vraag of voldoende verband bestaat tussen het bewezenverklaarde handelen en de door de benadeelde partij geleden schade, zijn de concrete omstandigheden van het geval bepalend. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad kan worden afgeleid dat de voorwaarde van ‘voldoende verband’ niet al te strikt wordt uitgelegd.

Read More
Print Friendly and PDF ^