Kinderporno in de cloud – bezit van een gegevensdrager?

Noot onder HR 12 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:799
Door mr. M. Berndsen, Meijers Canatan Advocaten

De verdachte in deze zaak beschikte over 36 kinderpornografische afbeeldingen. Het grootste deel bevond zich op zijn laptop, maar twee afbeeldingen waren opgeslagen in de cloud (online opslagruimte van het toenmalige SkyDrive). De relevantie van deze uitspraak is gelegen in die twee afbeeldingen in de cloud.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt overwegingen m.b.t. ambtshalve toetsing van de verjaring in cassatie

Hoge Raad 12 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:839

De feiten zijn volgens de tenlastelegging begaan in de periode van 1 januari 2005 tot en met 21 november 2010. Op grond van artikel 70 lid 1, aanhef en onder 2º, in samenhang met artikel 72 lid 2 Sr beloopt de verjaringstermijn in dit geval ten hoogste twee maal zes jaren. Het hof heeft geoordeeld dat het recht tot strafvervolging is verjaard voor de periode van 1 januari 2005 tot en met 19 augustus 2006. De cassatieschriftuur die op 22 juli 2019 namens de verdachte is ingediend, bevat geen klacht met betrekking tot de verjaring in de periode nadat het hof de bestreden uitspraak heeft gewezen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Is een digitale opslagruimte een gegevensdrager a.b.i. art. 240b Sr?

Hoge Raad 12 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:799

Het cassatiemiddel klaagt onder meer dat de bewezenverklaring, voor zover inhoudende dat de verdachte “een gegevensdrager, te weten een digitale opslagruimte (Skydrive)” in zijn bezit heeft gehad, getuigt van een onjuiste rechtsopvatting, althans onbegrijpelijk is gemotiveerd.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR over bevoegdheid HR om te oordelen over cassatiemiddel van BP indien verdachte zijn cassatieberoep heeft beperkt (zich niet richtend tegen beslissingen op vordering BP)

Hoge Raad 12 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:837

De beperking van het cassatieberoep door de verdachte of het openbaar ministerie doet niet af aan de bevoegdheid van de benadeelde partij om op grond van artikel 437 lid 3 Sv een schriftuur inzake een rechtspunt over haar vordering te doen indienen en de bevoegdheid van de Hoge Raad om die schriftuur te beoordelen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Omvang vertaalplicht: Strekt plicht van zich uit tot dagvaarding als geheel (integrale vertaling)?

Hoge Raad 21 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:771

Op grond van artikel 588 lid 2 (oud) Sv, thans artikel 36e lid 3 Sv, worden dagvaardingen, gericht aan de geadresseerde van wie de woon- of verblijfplaats in het buitenland bekend is, vertaald. Mede gelet op de wetsgeschiedenis gaat het daarbij om een “integrale” vertaling. Daaronder moet worden verstaan een vertaling van de door het openbaar ministerie opgestelde dagvaarding met inbegrip van de mededelingen die - al dan niet op grond van een wettelijke verplichting - daarin zijn opgenomen dan wel daarbij zijn gevoegd.

Read More
Print Friendly and PDF ^