Oostenrijkse strafrechter stelt prejudiciƫle vragen over toegang tot data op in beslag genomen smartphone

Verzoeker heeft de Duitse nationaliteit. Hij werkt voor een Oostenrijks bedrijf en woont in St. Anton am Arlberg. Op 23 februari 2021 namen ambtenaren van het douanekantoor Innsbruck bij een drugscontrole een aan verzoeker geadresseerd pakket in beslag. Het bevatte 85 gram cannabis. Verzoeker werd verzocht om toegang te verlenen tot de verkeersgegevens van zijn mobiele telefoon. Hij weigerde dit uitdrukkelijk en wilde ook de toegangscode niet meedelen. De mobiele telefoon werd in beslag genomen. Voor de genomen maatregelen bestond er geen bevel van het openbaar ministerie, noch een rechterlijke beschikking.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ EU: officier van justitie mag geen Europees onderzoeksbevel uitvaardigen wanneer hij in een soortgelijke nationale procedure onbevoegd is

HvJ EU 16 december 2021, C-724/19 (HP)

Een nationale autoriteit mag alleen een Europees onderzoeksbevel (EOB) uitvaardigen om bepaalde onderzoeksmaatregelen te laten uitvoeren in een andere EU-lidstaat wanneer hij op grond van het nationale recht ook bevoegd is om dezelfde onderzoeksmaatregelen te gelasten in een binnenlandse situatie. Een officier van justitie kan om die reden geen toestemming verlenen voor het verzamelen van bewijsmateriaal door middel van een EOB wanneer in een binnenlandse situatie alleen een rechter of rechtbank toestemming mag verlenen. Dat is het oordeel van het EU-Hof op vragen van een Bulgaarse rechter.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ EU: verbod om gevolg te geven aan bepaalde wetgeving van derde landen kan in een civiele procedure worden ingeroepen

HvJ EU 21 december 2021, C-124/20 (Bank Melli Iran)

Het verbod uit de EU-blokkeringsverordening om gevolg te geven aan bepaalde wetgeving van derde landen kan worden ingeroepen in een civiele procedure. Dat verbod geldt ook wanneer een bestuurlijke of rechterlijke instantie van het derde land geen specifiek verzoek of geen specifieke instructie heeft gegeven om de wetgeving van dat derde land na te leven. Dat is het antwoord van het EU-Hof op vragen van een Duitse rechter.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU: hogere nationale rechter kan lagere rechter niet belemmeren om prejudiciƫle vragen aan het EU-Hof te stellen

HvJ-EU 23 november 2021, C-564/19 (IS)

Het Unierecht verzet zich ertegen dat een hoogste nationale rechterlijke instantie, naar aanleiding van een door een procureur-generaal in het belang van de wet ingestelde hogere voorziening, vaststelt dat een bij het EU-Hof ingediend verzoek van een lagere rechter om een prejudiciƫle beslissing onrechtmatig is omdat de gestelde prejudiciƫle vragen niet relevant en noodzakelijk zijn voor de beslechting van het hoofdgeding. Een nationale rechter is verplicht ingevolge het Unierechtelijke voorrangsbeginsel om elke nationale rechterlijke praktijk die afbreuk doet aan zijn bevoegdheid om het EU-Hof vragen voor te leggen, buiten beschouwing te laten.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HvJ-EU: vrijstelling van rechtsvervolging geldt niet wanneer op corruptie wijzende handelingen niet in de officiƫle hoedanigheid als lid van een EU-orgaan zijn verricht

HvJ-EU Het 30 november 2021, C-3/20 (LR Ģenerālprokuratūra)

De vrijstelling van rechtsvervolging voor ambtenaren en personeelsleden van de EU en die ook geldt voor de president van de centrale bank van een lidstaat is niet van toepassing wanneer vastgesteld wordt dat op corruptie wijzende handelingen van die president duidelijk niet zijn verricht in diens officiƫle hoedanigheid als lid van een orgaan van de ECB. De vrijstelling geldt niet indien de handelingen geen verband houden met de uitoefening van het ambt en bij de uitvoering van taken voor de betreffende EU-instelling.

Read More
Print Friendly and PDF ^