EU-sancties tegen Rusland: de contouren van het 18e sanctiepakket
/Op 10 juni 2025 presenteerden Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en de Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlandse Zaken Kaja Kallas het voorstel voor het 18e sanctiepakket van de Europese Unie tegen Rusland. Het pakket, dat op 23 juni 2025 door de Raad Buitenlandse Zaken zal worden besproken, bevat een mix van nieuwe sancties en aanscherpingen van bestaande maatregelen. Juridisch gezien is het pakket vooral interessant vanwege de verscherpte handhavingsaanpak, de extraterritoriale elementen en de uitbreiding van het financiële sanctiekader. Voor juristen en complianceprofessionals is het zaak om deze ontwikkelingen scherp te volgen.
Achtergrond: een sanctiebeleid in beweging
Sinds het begin van de Russische invasie in Oekraïne in februari 2022 heeft de EU zeventien sanctiepakketten aangenomen, waarin duizenden personen en entiteiten zijn gesanctioneerd en omvangrijke handels- en financiële beperkingen zijn opgelegd. Het 18e pakket markeert een nieuwe fase in deze aanpak: minder gericht op symboolpolitiek, en meer op het effectief dichten van mazen, het ondermijnen van de Russische oorlogseconomie, en het verhogen van de nalevingsdruk.
Het voorstel is gestoeld op drie pijlers:
Verdieping van bestaande maatregelen – zoals een striktere handhaving van het olieprijsplafond en uitbreiding van transactieverboden.
Verbreding naar nieuwe doelwitten – waaronder derde landen en buitenlandse bedrijven die sancties omzeilen.
Versterking van toezicht en controle – met name op hightechexport en maritieme activiteiten.
De voorgestelde maatregelen: analyse per thema
1. Gas en energie: transactieverbod Nord Stream 1 en 2
Hoewel beide Nord Stream-pijpleidingen sinds 2022 buiten gebruik zijn, blijven contractuele verplichtingen, eigendomsrechten en financiële transacties juridisch bestaan. Het voorstel behelst een volledig transactieverbod met betrekking tot deze infrastructuur. Juridisch impliceert dit dat alle contracten, claims, geschillenbeslechtingsprocedures of financiële afwikkelingen voortvloeiend uit deze projecten onder sanctietoepassing komen te vallen. Europese energiemaatschappijen die betrokken zijn (of waren) bij deze projecten moeten hun exposure herbeoordelen.
2. Olieprijsplafond verlaagd naar 45 dollar per vat
Het prijsplafond van 60 USD per vat Russische olie, ingesteld in samenwerking met de G7, wordt verlaagd naar 45 USD. Deze maatregel beoogt Russische inkomsten verder te beperken. Van belang is dat de EU haar anti-omzeilingsbepalingen explicieter maakt: scheepvaartbedrijven, handelaars en financiële tussenpersonen kunnen aansprakelijk worden gesteld voor schendingen van het prijsplafond, ook buiten de EU-grenzen. Voor juristen in de olie- en scheepvaartsector vereist dit een herziening van complianceprotocollen en een nauwere monitoring van ladingdocumentatie en verzekeringsdekking.
3. Sanctionering van 77 schepen uit de ‘shadow fleet’
De ‘shadow fleet’ bestaat uit schepen die betrokken zijn bij de clandestiene olieverkoop, vaak onder valse vlaggen of met vervalste documentatie. De toevoeging van 77 schepen aan de sanctielijst betekent dat Europese bedrijven verboden zijn transacties met deze schepen aan te gaan, inclusief bunkering, verzekering, overslag, of logistieke dienstverlening. Dit heeft verstrekkende gevolgen voor havenbedrijven, maritieme dienstverleners en transportverzekeraars.
4. Invoerverbod op geraffineerde producten uit Russische olie
Een belangrijk lek in het sanctieregime wordt gedicht: raffinage in derde landen van Russische olie, met herinvoer van het eindproduct in de EU, wordt verboden. De oorsprong van de ruwe olie wordt bepalend, ongeacht de locatie van de raffinaderij. Juridisch stelt dit hoge eisen aan supply chain transparency en due diligence – bijvoorbeeld in de vorm van oorsprongsverklaringen of ketencertificering. Contracten met leveranciers in onder meer Turkije, India en Singapore dienen te worden herzien.
5. Van SWIFT-verbod naar volwaardig transactieverbod
Tot nu toe werden Russische banken uitgesloten van het gebruik van SWIFT, maar dit verhinderde niet dat ze via alternatieve routes transacties uitvoerden. Het 18e pakket zet een stap verder: het betreft een totaalverbod op transacties met de betrokken banken, ongeacht de methode. Voor juridische en financiële dienstverleners betekent dit een verscherping van KYC-procedures en een update van sanctielijsten in automatische controlesystemen.
6. Transactieverboden voor 22 extra Russische banken én derde landen
Uniek is de uitbreiding naar financiële instellingen in derde landen die (structureel) betrokken zijn bij sanctie-ontwijkende transacties. Hiermee introduceert de EU de facto een vorm van extraterritoriale sanctiehandhaving. Dit kan internationale juridische frictie opleveren, bijvoorbeeld in relatie tot WTO-rechten of bilaterale investeringsverdragen. Tegelijkertijd is het voor complianceafdelingen binnen de EU een oproep om ook intermediairs buiten het sanctiegebied te onderwerpen aan risicoanalyses.
7. Sanctionering van het Russian Direct Investment Fund (RDIF)
Het RDIF is het Russische staatsinvesteringsfonds dat onder meer betrokken is bij internationale joint ventures, innovatieprojecten en de financiering van infrastructuur. De sanctielijst wordt uitgebreid met het fonds, haar dochters en deelnemingen. Europese bedrijven die via of met het RDIF samenwerk(t)en moeten deze samenwerkingen staken en de contractuele gevolgen juridisch analyseren.
8. Exportverboden t.w.v. meer dan € 2,5 miljard
De exportverboden richten zich op industriële componenten, hightech-apparatuur, halfgeleiders en specialistische software met militaire toepassingen. Het voorstel legt bijzondere nadruk op technologieën die inzetbaar zijn in drones, raketsystemen en communicatieapparatuur. Dit vereist van producenten en distributeurs een update van hun exportcontrolemaatregelen en, waar nodig, overleg met nationale vergunningverleners.
9. Lijst van 22 entiteiten wegens militaire betrokkenheid
Er worden 22 entiteiten – Russisch én buitenlands – toegevoegd aan de sanctielijsten vanwege hun rol in de Russische oorlogsindustrie. Het betreft leveranciers, technologiepartners en doorgeefluiken. Contracten, leveringen en geldstromen richting deze bedrijven zijn verboden. Dit noodzaakt bedrijven tot een scherpere audit van hun toeleveringsketens en joint venture-partners.
Juridische en compliance-aandachtspunten
Contractuele implicaties
Bedrijven zullen lopende contracten met mogelijk gesanctioneerde partijen moeten screenen op:
sanctieclausules (termination/force majeure);
betalingsverplichtingen die nu verboden zijn;
potentiële schadevergoedingsclaims van wederpartijen.
Verantwoordelijkheden in de keten
De verschuiving naar sancties op basis van indirecte betrokkenheid maakt dat bedrijven ook verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor de gedragingen van hun leveranciers, distributeurs of dienstverleners. Dit vereist:
screening tot op 2e of 3e ketenniveau;
transparantie-eisen richting contractpartners;
opname van audits of self-certification-clausules.
Aansprakelijkheid en handhaving
De lidstaten blijven primair verantwoordelijk voor de handhaving van EU-sancties. Toch zal bij verscherpte EU-coördinatie – met name via de nieuwe Sanctions Coordinators Forum – de druk op nationale autoriteiten toenemen. Juridische professionals moeten rekening houden met verscherpte toezicht- en meldplichten, inclusief strafrechtelijke risico’s bij opzettelijke overtreding.
Conclusie: een nieuwe fase in sanctieregime
Het 18e sanctiepakket van de EU tegen Rusland markeert de overgang van een voornamelijk symbolisch naar een doordacht, handhavingsgericht sanctiestelsel. Voor juristen betekent dit een duidelijke verschuiving van louter beleidsmonitoring naar proactieve contractherziening, risicoanalyse en compliance-implementatie. Internationale handel, financiering en projectstructurering zullen in toenemende mate worden bepaald door de juridische grenzen van sanctienaleving.
De komende weken zal blijken of het voorstel in zijn geheel wordt aangenomen of dat lidstaten aanpassingen eisen. In de tussentijd geldt: wie zaken doet binnen het grensvlak van EU–Rusland-relaties, moet zijn juridische huishouding opnieuw onder het sanctielicht houden.