Artikel: Regelovertreding, daders en handhaving bij milieucriminaliteit

Milieuwet- en regelgeving is erop gericht om mens, milieu en maatschappij te beschermen. In hoeverre lukt dat? De overtreding van deze wetgeving vormt een urgent maar ook complex maatschappelijk probleem. Door de klimaatcrisis en actuele milieuproblemen, zoals rond Tata Steel en Chemours, is er steeds meer maatschappelijke, politieke en wetenschappelijke aandacht voor milieucriminaliteit en de aanpak ervan. Ondanks deze groeiende aandacht is er nog weinig kennis over de aard, omvang en aanpak van milieucriminaliteit. Hoe vaak komt het voor? Wie zijn de daders? En zijn er op dit terrein (ook) veelplegers? Hoe treedt de overheid ertegen op? En werkt dat? Het beantwoorden van deze vragen is belangrijk: het leidt niet alleen tot empirische kennis en theorievorming, maar kan ook door handhavingsinstanties gebruikt worden om gerichter en effectiever op te treden. Er is weliswaar vooruitgang op dit terrein, maar recente beleidsevaluaties en – mede daardoor ingezette – verbeterprogramma’s laten ook zien dat onderzoek naar en handhaving van milieucriminaliteit nog steeds grote uitdagingen kennen (Commissie-Van Aartsen 2021; CCV 2019).

Read More
Print Friendly and PDF ^

Artikel: Bestrijding van milieucriminaliteit in de praktijk

Handhaving van milieuregels is een complex specialisme. Het vraagt diepgaande kennis, doorzettingsvermogen en creativiteit. Het onderwerp milieu heeft beperkte prioriteit in de totale opgave van wetshandhaving en kent veel uitdagingen. Milieuregelgeving is over het algemeen niet makkelijk handhaafbaar door open normstellingen en beperkte mogelijkheden voor de bewijslast. Het is technisch, ingewikkeld en de uitvoering ervan is verdeeld over veel verschillende organisaties. Daar komt bij dat milieuautoriteiten beperkte capaciteit beschikbaar hebben, terwijl het takenpakket blijft groeien.

Daarom moeten zij een slimme aanpak verzinnen en samenwerken om het gewenste effect te bereiken. Hoe doet een inspecteur dat in de praktijk? In dit artikel wordt een toelichting gegeven over hoe de milieuhandhaving in Nederland is georganiseerd en welke ontwikkelingen er zijn in milieutoezicht en opsporing. Er komen tevens enkele innovaties en praktijkvoorbeelden aan bod.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Focus op criminaliteit in milieumarkten: het Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit

Elke vier jaar publiceert de Strategische Milieukamer (SMK) – het centrale beleidsbepalende orgaan bij de aanpak van milieucriminaliteit – het ‘Dreigingsbeeld Milieucriminaliteit’ (hierna ook: Dreigingsbeeld). Het heeft als doel zowel het beleid te ondersteunen als inzicht te bieden in specifieke markten en branches. Het rapport is op de eerste plaats bedoeld als input en onderbouwing van keuzes in het beleid van de SMK, waarin het Functioneel Parket, de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), de Omgevingsdiensten en de politie op het hoogste niveau vertegenwoordigd zijn. Met het Dreigingsbeeld beoogt de SMK milieucriminaliteit hoger op de agenda te krijgen bij de politiek en de rechtspraak. Evenzeer beoogt zij daarmee inzicht te verschaffen in de manier waarop milieucriminaliteit binnen bepaalde branches en markten tot stand komt, en formuleert zij aanbevelingen die gericht zijn op preventie en het tegengaan van milieucriminaliteit. Op beide kanten van het Dreigingsbeeld wordt in dit artikel ingegaan.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Artikel: De aanpak van milieucriminaliteit in Nederland

‘De bewoners van de IJmond hebben extra kans om ziek te worden door de huidige uitstoot vanaf het terrein van Tata Steel.’ Met die woorden publiceerde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op 22 september 2023 een historisch rapport waarin het voor het eerst in Nederland een directe relatie aantoonde tussen de uitstoot van industriële bedrijvigheid en gezondheidsrisico’s van omwonenden en de kwaliteit van de leefomgeving (Geelen e.a. 2023). Een paar dagen later, op 27 september 2023, deed de rechtbank Rotterdam een – eveneens historische – uitspraak in een zaak die de gemeenten Dordrecht, Papendrecht, Sliedrecht en Molenlanden hadden aangespannen tegen het bedrijf DuPont de Nemours/Chemours. In een tussenvonnis oordeelde de rechtbank dat Chemours en haar rechtsvoorganger DuPont de Nemours aansprakelijk zijn voor de schade die zij tussen 1984 en 1998 hebben veroorzaakt door de uitstoot van PFOA (perfluorooctanoic acid), een type binnen de groep van meer dan 10.000 PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen). De rechter oordeelde dat het bedrijf onrechtmatig handelde, omdat het de vergunningverlener en gemeenten in deze periode onvoldoende geïnformeerd had over de mogelijke risico’s van deze vervuiling en over hun eigen zorgen daaromtrent, en bovendien de uitstoot niet verminderde.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Artikel: Artikel 6 EVRM en de procedure bij Kifid

Deze bijdrage gaat in op de vraag of de procedure bij Kifid als totaalplaatje voldoet aan de normen uit art. 6 EVRM. Allereerst wordt op hoofdlijnen de doorwerking van art. 6 EVRM in de procedure bij Kifid besproken. Vervolgens bespreekt de auteur of diverse normen die voortvloeien uit art. 6 EVRM zijn gewaarborgd in de procedure bij Kifid. In de situatie dat een norm uit art. 6 EVRM niet is gewaarborgd in de procedure bij Kifid, komt aan de orde of hiervoor een of meer gerechtvaardigde redenen bestaan. Zo niet, of indien een norm niet voldoende is gewaarborgd, dan doet de auteur aanbevelingen om de procedure bij Kifid beter te laten aansluiten bij art. 6 EVRM. De afsluitende paragraaf van het artikel eindigt met een opsomming van de aanbevelingen van de auteur.

Read More
Print Friendly and PDF ^