Nieuwe regels voor beoordeling van de Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG)
/Per 1 juli 2025 zijn de Beleidsregels VOG-NP-RP aangepast om te regelen hoe een eindezaakverklaring wordt meegewogen bij een VOG-aanvraag. Deze eindezaakverklaring is een formele rechterlijke beslissing waarbij—na geslaagde mediation—een strafzaak wordt beëindigd zonder veroordeling. Sinds de invoering van mediation op de terechtzitting per 1 oktober 2022, kan een strafzaak juridisch “eindigen” zonder veroordeling, mits de zaak op een alternatieve manier wordt opgelost en de rechter dit bevestigt via de eindezaakverklaring. De beleidsregels beschrijven nu hoe dit gegeven operationaliseert binnen de VOG-beoordeling.
1. Wat is de eindezaakverklaring?
De eindezaakverklaring is de juridische afsluiting van een strafzaak zonder veroordeling, mogelijk na mediation. Mediation vindt plaats op de terechtzitting: verdachte en slachtoffer bespreken onder begeleiding van een mediator hun belangen en zoeken naar oplossingen. Bij akkoord stelt de rechter officieel vast dat de zaak afgesloten is zonder strafoplegging. Dit is geen sepot, maar een vrijwillige oplossing met rechterlijke goedkeuring.
2. Registratie in justitiële documentatie
De eindezaakverklaring wordt opgenomen in de justitiële documentatie. Hoewel de verdachte niet strafrechtelijk veroordeeld is, is de eindezaakverklaring wél onderdeel van het dossier dat bij een VOG-aanvraag kan worden opgevraagd. Het wordt gezien als 'justitieel gegeven', waarmee rekening wordt gehouden gedurende de beoordeling.
3. Wijziging in de beleidsregels per 1 juli 2025
De Beleidsregels VOG-NP-RP 2025 (Besluit van 2 juni 2025, treden in werking 1 juli 2025) vormen de basis voor de nieuwe toepassing. Hierin is expliciet opgenomen hoe de eindezaakverklaring wordt beoordeeld. Paragraaf 3.1.4.3 is aangevuld om deze nieuwe einduitspraak mee te wegen als onderdeel van het subjectieve criterium. De wijziging vervangt de voorgaande beleidsregels zonder de systematiek van de objectieve en subjectieve toetsing te wijzigen.
4. Objectieve en subjectieve toetsingscriteria
Bij een VOG-aanvraag wordt allereerst gekeken naar het objectieve criterium: of feiten uit de justitiële documentatie een risico vormen voor de functie. Daaropvolgend volgt het subjectieve criterium, waarin wordt beoordeeld of de omstandigheden van het geval zodanig zijn dat de VOG toch kan worden verstrekt. De nieuwe eindezaakverklaring wordt toegevoegd aan dit laatste criterium. Paragraaf 3.1.4.3 maakt duidelijk dat de verklaring kan meewegen, met name als bewijs dat de zaak inhoudelijk is afgesloten en niet heeft geresulteerd in een strafbare veroordeling.
5. Verhouding met mediation en Innovatiewet Strafvordering
De mogelijkheid tot mediation is ingevoerd via de Innovatiewet Strafvordering (1 oktober 2022). De Wet tot verlenging en wijziging van Titel X Wetboek van Strafvordering bevestigt deze mogelijkheid. Bij succesvolle mediation kan de rechter besluiten tot eindezaakverklaring. De aanpassing van de VOG-regels maakt dit relevante proces zichtbaar, waarmee de VOG-aanvraag een vollediger beeld van de omstandigheden rond de priorietijd bevat.
6. Impact op VOG-aanvragen
Een eindezaakverklaring hoeft geen belemmering te vormen; een VOG kan alsnog worden verleend. De beleidsregels laten echter expliciet zien dat de afsluiting van de strafzaak als overweging wordt betrokken. Dit sluit aan bij het afwegingskader: objectieve risico’s blijven leidend, subjectieve omstandigheden—zoals mediation met succes—kunnen een gunstig oordeel ondersteunen. Het COVOG weegt het maatschappelijke risico naast individuele omstandigheden en procesresultaat.
7. Procedurele wijziging en wettelijke basis
De beleidsregels zijn ingrijpend aangescherpt op procedureel niveau, maar de grondslag blijft de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg) in samenhang met de Algemene wet bestuursrecht. De wijziging is gepubliceerd in de Staatscourant (nr. 19538) en treedt gelijktijdig in werking met de wijziging van de Wet seksuele misdrijven per 1 juli. Dit zorgt ervoor dat zowel termen, toetsingskader als procedurele handelingen actueel zijn en aansluiten op de rechtspraak.