18-jarige aangehouden voor computermisdrijven

De politie heeft in Maastricht een 18-jarige student aangehouden vanwege een reeks computermisdrijven. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij het verspreiden van kwaadaardige software. Onderzocht wordt of deze zogenoemde malware computers van bankklanten heeft besmet.

Door gebruik te maken van  creditcard gegevens van derden zou hij ook tientallen aankopen via  internet in ontvangst hebben genomen, die hij via Marktplaats weer verkocht. De omvang van de die aan- en verkopen  bedraagt mogelijk duizenden euro’s .

De politie kwam de verdachte op het spoor in een onderzoek naar ransomware. Dat is een kwaadaardig virus waarbij computers worden geblokkeerd. De getroffen gebruikers krijgen een bericht op hun scherm dat afkomstig lijkt te zijn van de politie. Ze worden beschuldigd van computercriminaliteit en gesommeerd een boete te betalen.

Bij een doorzoeking van de ouderlijke woning van de 18-jarige is beslag gelegd op een computer, een tablet, usb-sticks en andere gegevensdragers, gsm’s, bankpassen, foto- en videocamera’s en ruim 18.000 euro contant geld.

De verdachte is deze week door de politie verhoord. Hij is zaterdagavond in vrijheid gesteld in afwachting van het verder verloop van het onderzoek.

Bron: OM

Print Friendly and PDF ^

Kunnen opsporingsinstanties een server offline halen voor onderzoek?

Als opsporingsinstanties op zoek zijn naar een verdachte kunnen ze gegevens opvragen bij online aanbieders. Als uit bankgegevens blijkt dat een verdachte online schoenen heeft gekocht kan de politie de opgegeven adresgegevens vorderen bij de desbetreffende webwinkel. Als blijkt dat de verdachte met behulp van een specifieke server strafbare feiten heeft gepleegd kunnen opsporingsinstanties gegevens vorderen bij een hostingdienst. Dit kan voor vervelende situaties zorgen.

Print Friendly and PDF ^

Nico Kwakman: Wetsvoorstel Computercriminaliteit III

Met het wetsvoorstel Computercriminaliteit III beoogt het Kabinet het voornemen om de toenemende bedreigingen op het gebied van computercriminaliteit het hoofd te bieden – zoals verwoord in het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ van het Kabinet PvdA en VVD –te vertalen in een aantal (aanvullende) strafrechtelijke voorzieningen. Daartoe worden bepaalde cybercrime-gerelateerde strafbepalingen aangescherpt en bepaalde cybercrime-gerelateerde opsporingsbevoegdheden verruimd.

Lees verder:

 

Meer weten over de nieuwe Wet Computercriminaliteit III en cybercrime? Kom op donderdag 14 november naar de Studiedag Cybercrime in Den Haag.

Tijdens deze studiedag wordt de ontwikkeling van computercriminaliteit besproken en een overzicht gegeven van de meest voorkomende delicten en hoe zij worden gepleegd. Het juridisch kader wordt uiteen gezet met toepasselijk internationaal, Europees en nationaal recht. Hier zal ook uitgebreid aandacht worden besteed aan toekomstige ontwikkelingen, zoals het Wetsvoorstel versterking aanpak computer- criminaliteit. Welke (grensoverschrijdende) opsporingsmogelijkheden bestaan er in een geautomati- seerde omgeving? Welke praktische problemen spelen er met betrekking tot jurisdictie en hoe wordt daarmee omgegaan? Ook zal uitgebreid aandacht worden besteed aan e-evidence als nieuwe vorm van bewijs in strafzaken en onderzoek in cyberspace.

Sprekers o.a.: Bert-Jaap Koops, Christiaan Baardman, Jan-Jaap Oerlemans en vele anderen.

Klik hier voor meer informatie.

 

Print Friendly and PDF ^

Strafrechtelijke aspecten van anti-botnetacties

Deze notitie, geschreven in opdracht van SURFnet, geeft een globaal overzicht van de strafrechtelijke aspecten van anti-botnetacties door SURFnet en bij SURFnet aangesloten instellingen. Hierin wordt de vraag beantwoord of en onder welke omstandigheden welke typen van anti-botnetacties strafbaar zouden kunnen zijn. De meeste anti-botnetacties die verder gaan dan pure beveiliging van de eigen systemen, maken inbreuk op de vertrouwelijkheid, integriteit of beschikbaarheid van computers of computergegevens van anderen. Deze acties zijn daarom snel te kwalificeren als aftappen en opnemen van communicatie, computervredebreuk, gegevensaantasting, computersabotage en heling van gegevens – gedragingen die in het Wetboek van Strafrecht strafbaar zijn gesteld wanneer ze opzettelijk en wederrechtelijk worden uitgevoerd. De kernvraag daarbij is wanneer een actie wederrechtelijk is.

Er valt niet in het algemeen te zeggen wanneer een anti-botnetactie wederrechtelijk is. Dat hangt af van veel factoren, zoals de contracten en gedragscodes die binnen SURFnet gelden, de stand van de techniek, de (mogelijke) schade door het botnet en de kosten van ingrijpen, (on)mogelijkheden van diverse actoren om in te grijpen, en hoe de maatschappij aankijkt tegen ingrijpen door private actoren in het kader van misdaadbestrijding in een Internetomgeving. Leidende beginselen zijn subsidiariteit (een actie moet de minst ingrijpende maatregel kiezen die geschikt is om het beoogde doel te bereiken) en proportionaliteit (de maatregel moet in verhouding staan tot het doel). Voor elk type actie, en in elke context, moet worden bekeken of het nodig is dat SURFnet of een aangesloten instelling deze actie uitvoert (in plaats van het over te laten aan politie, antivirusaanbieders of eindgebruikers), en of de bedreiging – de mogelijke of aangerichte schade – van het botnet de mate van ingrijpen in computers en gegevensstromen van anderen rechtvaardigt.

Omdat de maatschappelijke normen voor de aanvaarbaarheid van anti-botnetacties (dat wil zeggen of deze rechtmatig of wederrechtelijk zijn) nog sterk in ontwikkeling zijn, verdient het aanbeveling dat SURFnet richtlijnen opstelt voor anti-botnetacties, bij voorkeur na overleg met andere belanghebbende actoren. In elk geval kan SURFnet als netwerkaanbieder in de contracten met instellingen, en als dienstaanbieder in het opstellen van model-gedragscodes en integriteitscodes, tot op zekere hoogte zelf bepalen welke anti-botnetacties onder welke omstandigheden uitgevoerd kunnen worden binnen het SURFnet-netwerk. Voor acties die effect hebben op computers en gegevensstromen buiten het SURFnet-netwerk kan SURFnet, liefst samen met vergelijkbare private partijen, een gedragscode opstellen voor anti-botnetacties, die weliswaar geen bindende werking heeft maar wel de beoordeling door de rechter van de rechtmatigheid van de acties kan inkleuren.

Het Nederlandse strafrecht stelt daarbij wel grenzen aan anti-botnetacties, maar die grenzen zijn contextafhankelijk. Zorgvuldig overdachte, proportionele acties ter bestrijding van botnets hoeven niet strafbaar te zijn, en voor zover ze dat op papier wel zijn zullen ze in de praktijk vermoedelijk niet snel worden vervolgd.

Lees verder:

Print Friendly and PDF ^

Twee aanhoudingen in onderzoek naar phishing

De Koninklijke Marechaussee heeft afgelopen dinsdag in Amsterdam twee mannen aangehouden op verdenking van phishing en drugshandel. Het gaat om een 39-jarige man uit Ghana en een 31-jarige man uit Deventer. De 39-jarige verdachte wordt vandaag voorgeleid aan de rechter-commissaris bij de rechtbank Arnhem.

De twee verdachten zijn vermoedelijk betrokken bij vijf phishing-zaken, waarmee naar schatting 165.000 euro  is buitgemaakt. Dat gebeurde door met vervalste mailberichten de gebruikersnaam en het wachtwoord voor internetbankieren te ontfutselen van particuliere klanten. De gedupeerden van deze fraude waren veelal vermogende ouderen.

Geldezels

Om het gestolen geld weg te kunnen sluizen, maakten de verdachten gebruik van zogenoemde geldezels. Dit zijn mensen die tegen betaling het geld van gedupeerden op hun bankrekening laten storten. Criminelen die phishing-fraude plegen, kunnen het geld vervolgens contant laten opnemen of doorsluizen naar een andere bankrekening. In de vijf phishing-zaken waarvan de twee mannen worden verdacht, zijn inmiddels al zeventien personen aangehouden en gehoord omdat zij als geldezel zouden hebben gefungeerd.

Valse identiteit

Het onderzoek onder leiding van het Landelijk Parket is in november vorig jaar gestart na een controle Mobiel Toezicht Veiligheid van de Marechaussee aan de grensovergang bij Zevenaar. Tijdens de controle werd de 39-jarige verdachte staande gehouden. Hij legitimeerde zich vervolgens met een verlopen Nederlands verblijfsdocument. Uit nader onderzoek bleek dat de man gebruikmaakte van een valse identiteit.

Het aangehouden tweetal wordt ook verdacht van drugshandel. Die verdenking is ontstaan uit afgeluisterde telefoongesprekken. Daaruit blijkt onder meer dat de twee in februari vermoedelijk onder bedreiging van een vuurwapen zijn ‘geript' toen ze in Amsterdam-Zuidoost een kilo cocaïne probeerden te verkopen.

Bron: OM

Print Friendly and PDF ^